Neer (Leudal, Lb)
Limburgs Naer. 1204 Nere¹, 1343 Neer², 1346 Neren², 16e eeuw Neer³, 1665 Neer⁴, ca. 1700 Neer⁵; Overdrachtelijk gebruik van de naam van het water de Neer, waaraan het plaatsje ligt. De identificatie van 1031 Nedere⁶ met Neer is onjuist; het betreft Gross- und Lütgeneder bij Detmold (Dld)⁷. Een samentrekking uit *Nedere⁸ is dan ook niet correct. De waternaam Neer gaat terug op Indo-Europees *ner/*nor 'binnendringen, onderduiken, holte'. Men vergelijkt de riviernamen Nera in Noorwegen, de Nerra in Letland en de naam van de Griekse zeegod Nereus⁹. In de Romeinse tijd liep de heerbaan Tongeren-Nijmegen langs Neer en in de middeleeuwen was er een schepenbank gevestigd.
Lit. ¹Gysseling 1960 731, ²Schrijnemakers 2014 711, ³krt Van Deventer, ⁴krt Blaeu, ⁵LIKP 14, ⁶bij Krahe 1964 48, ⁷Gysseling 1960 730, ⁸Schönfeld 1955 78, ⁹BCN 24 (1968) 27.